Quantcast
Channel: Reacties voor Willy Van Damme's Weblog
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5965

Reactie op Douma–Overgave Leger van Islam door Guido Clicque

$
0
0

Bericht van Rudi Vranckx,Ja, het regime-Assad zat achter de moord op oorlogsjournaliste Marie Colvin in Homs, zeggen ex-toplui. https://www.theguardian.com/media/2018/apr/09/assad-regime-assassinated-journalist-marie-colvin , weet jij daar meer over Willy?
Guido Clicque

Antwoord:

Guido,

Het vergde wat opzoekwerk en dus excuses voor het late antwoord:

Het betreft hier een proces in de VS tegen de Syrische overheid voor schadevergoeding aangespannen door Cat Colvin, de zuster van Marie Colvin, de oorlogscorrespondente voor de Britse Sunday Times. Het is een eenzijdige procedure want de Syrische regering neemt om begrijpelijke reden niet deel aan de debatten.

Deze Marie Colvin kwam op 22 februari 2012 samen met Remi Ochlik om bij de gevechten voor de controle over de wijk Bab Amr in de stad Homs tussen het Syrische leger en de salafistische Faroek Brigades geleid door een zekere Aboe Sakkar. Een strijd die uiteindelijk gewonnen werd door het leger.
Toen beweerde men bij westerse oorlogscorrespondenten dat dit een bewuste moord op beide journalisten was. Bewijzen werden er hiervoor nooit aangereikt. De twee maakten deel uit van een groep die met hulp van die terreurgroepen via Libanon tot bij die hen geraakt waren. Uiteraard illegaal.

Fundamenteel probleem
Gans de zaak wijst op een fundamenteel probleem in de journalistiek over de taak van een verslaggever en de deontologie. Een goed voorbeeld is Jorn De Cock, correspondent voor het Midden-Oosten voor De Standaard. Uit zijn eigen verklaringen blijkt dat tijdens de oorlog in Libië zijn echtgenote in Qatar voor een propagandazender van die Libische jihadisten werkte en hij ondertussen over die oorlog verslag uitbracht.

Nadien gingen beiden voor de oorlog in Syrië mediatraining geven aan die jihadistische groepen daar. Waarbij hij over deze oorlog voor zijn krant ook verslag uitbracht en dat nog steeds doet. Is dat dan een journalist of een medewerker van die opstandelingen? In mijn opinie is het dit laatste. Zeker daar men er zeker van kan zijn dat zijn berichtgeving in het voordeel van zijn ‘studenten’ gekruid is. Wat na lectuurstudie ook bleek te kloppen.

Dat men dan bij de regering hem als een vijand ziet hoeft niet te verbazen. Hij heeft het zelf gekozen. Hetzelfde voor journalisten als Colvin, Jens Franssen en Remi Ochlik. Colvin en Ochlik zaten in de wijk Bab Amr aan het front waar er hevig werd geschoten. Gezien hun in de media gepubliceerde foto’s en reportages wist het Syrische leger dat zij daar zaten. Of ze de exacte locatie kenden blijft onzeker. Ook na de nu gepubliceerde documenten.

Kannibaal

Nu heeft die Aboe Sakkar zich enkele maanden nadien geuit als een kannibaal door live voor een camera het rauwe hart van een Syrische soldaat op te eten. Een filmpje dat hij en zijn kornuiten nadien fier op YouTube plaatsten. Alhoewel we hier duidelijk met een psychopaat van de ergste soort te maken hebben omschreef dit kwartet de Faroek Brigades steeds als helden. En dat het leger hun posities beschoot klonk bij hen dan ‘het leger schiet op burgers.’ Hoe grof kunnen de leugens zijn die journalisten verspreiden. Heel grof dus.

Maar door zo te handelen verlieten zij bewust het pad van de journalistiek en werden het propagandisten voor die salafistische terreurgroepen en die psychopaat. Zij kwamen niet naar Syrië om voor hun lezers en kijkers een correct beeld te schetsen van die oorlog maar om te fungeren als een soort van propaganda-afdeling van de Faroek Brigades en gelijkaardige groepen.

Dat het Syrische leger hen dan ook zo ziet is daarom hun eigen schuld. Illegaal het land betreden, jihadistische propaganda verkopen en aan de frontlinie zitten. Willen ze soms dat de regering hen met bloemen begroet?

Ullyses

De aanklacht baseert zich in essentie op één getuige die anoniem is en men Ullyses noemt. Het doet denken aan dat andere verhaal over die anonieme getuige Caesar – een andere naam uit de oudheid – die beweerde 50.000 foto’s van gefolterde Syrische gevangen te hebben. Een om meerdere reden totaal ongeloofwaardig verhaal.

Ook hier kan men zich vragen stellen. Iedereen kan nu eenmaal anoniem de zotste dingen beweren. Maar gezien de toestand in Syrië en de anonimiteit is vragen stellen onmogelijk. Men kan evengoed opperen dat die man geld heeft geroken en dan maar een verhaaltje maakt.

Een andere getuige die dit zou kunnen bevestigen is er niet. Wel is er de Algerijn van de Arabische Liga Abdelmalek Nouar die stelt dat hij bij de Syrische overheid over Colvin en consoorten heel negatieve verhalen hoorde als zijnde mensen die grove leugens vertellen, leden van die jihadisten en die men daarom als een vijand zag. Maar dat was wederzijds. Voor Colvin & Co was de Syrische regering de vijand. Wat wil men dan?

Merkwaardig is verder ook dat diezelfde Ullyses niet alleen een kroongetuige blijkt te zijn van de ‘moord’ op Colvin en Ochlik maar dat hij ook een cruciale getuige is van de moord op de Franse journalist Gilles Jacquier die eveneens in Homs en op 11 januari 2012 het leven liet bij een mortieraanval.

Betoging aanhangers regering

Ook hier stelt Ulysses dat dit een doelbewuste moord was door het leger om een lastige getuige uit de weg te ruimen. Een verhaal dat men al die dag zelf bij dat groepje journalisten waaronder Rudi Vranckx en Jens Franssen kon horen.

Hun reis was mede mogelijk gemaakt door de van Palestijnse afkomst zijnde kloosterzuster Agnes-Mariam van het klooster Mar Yakub in Qara. Vranckx en Franssen noemden haar zelfs medeplichtig aan moord want ze was met hen niet meegegaan naar Homs en in Damascus achtergebleven en dus moest zij wel geweten hebben dat er een aanslag tegen hen op til was. Als je een van de pot gerukte theorie wil hebben dan is dit zowat het toppunt.

Wanneer je een goed bewijs voor de vooringenomenheid van het journaille zoekt dan is dit er een van. Ze gingen dan ook niet naar Syrië om te berichten maar om de regering te bekladden en die jihadisten op te hemelen.

Wat was er gebeurd? Na onderlinge discussies binnen die groep besloot men na het bezoek aan Damascus niet naar de Jordaanse grens en Daraa te gaan maar te kiezen voor Homs. Toen een veel te gevaarlijke optie maar een gebrek aan roekeloosheid kan men deze heren en dames zeker niet verwijten. Homs was toen al immers deels in handen van allerlei terreurgroepen.

Om die reden was hen opgedragen om zeker niet na 16 uur, het werd toen al donker, nog op straat te komen. Een raad, ze kwam van o.a. Agnes Mariam, die men zo in de wind sloeg. Luisteren naar de raad van die ‘door en doorslechte Syrische regering’ wilden zij niet doen. Zij wisten het toch zoveel beter.
En als dan rond 16 uur plots een aantal aanhangers van de regering vlakbij hen gaan betogen tegen die jihadisten dan zijn onze ‘journalisten’ er als de kippen bij om die in beeld te brengen. Tot dan enkele mortiergranaten op die betoging invallen. Met als gevolg 8 gedode betogers en de Franse reporter Gilles Jacquier.

Gerechtelijk onderzoek verzwegen

Maar over die gedode betogers zal je in hun verslagen niets of bijna niets lezen. Het waren toch maar Syriërs en dan nog aanhangers van de regering. Daar verspeelt een journalist als Rudi Vranckx & Co toch geen woorden aan. Maar alhoewel die aanval duidelijk gericht was op aanhangers van de regering klonk het bij hen dat het hier ongetwijfeld een bewuste moordaanslag door de regering op die journalisten betrof.

En aangezien het slachtoffer een Fransman was trok het Franse gerecht op onderzoek, evenals ook de Arabische Liga. Het resulteerde in drie onderzoeksrapporten, waarbij twee van de Arabische Liga. En allen stelden dat de verantwoordelijke voor die aanval en die moorden die salafistische terreurgroepen waren. Maar over die onderzoeken zal men bij mensen als Rudi Vranckx, Jens Franssen en de rest nooit iets horen of lezen. Ook nadien na de publicatie van die rapporten bleef Vranckx nog te koop lopen met zijn leugens.

Leugens die men nu weer bovenhaalt. En terwijl men een goed voorbeeld had van hoe die salafistische terreurgroepen op ongewapende betogers schieten om te doden klinkt het bij dit journaille anders. Neen, die betoging was nep om de journalisten in de val te lokken. Zij waren, immers lastige getuigen. Van wat? Hen eerst uitnodigen en dan vermoorden dus. Zo ver gaat men in dit milieu met het verspreiden van de puurste onzin.

Carl Bernstein

Typerend is de bewering tijdens dit proces rond Marie Colvin van de Zwitserse journalist Patrick Vallélian uit dat groepje rond Vranckx die stelde dat het toch wel heel verdacht was dat ter tijdens die betoging geen autoverkeer was en daarna plots weer wel. Alsof men, zeker in een stad in oorlog, verkeer zou toelaten in een straat waar er een betoging plaats heeft. Het typeert de mentaliteit van dit soort lieden. Alles, zelfs het meest logische, is verdacht richting de ‘slechte’ partij.

De berichtgeving over dit proces rond Marie Colvin is dan ook als te verwachten. Men krijgt van de vrienden wat gerechtsdocumenten van de klagende partij toegestopt en hup daar staat het al in de krant. Verder onderzoek en controle van die documenten is in hun ogen tijdsverspilling. Vermoedelijk zal men dit zelfs ‘onderzoeksjournalistiek’ noemen.

De verhalen in The Guardian, The Intercept (https://theintercept.com/2018/04/09/marie-colvin-syria-assad/?comments=1#comments, Target-Journalists – 9 april 2018, Johnny Dwyer, Ryan Gallagher), Le Monde en vooral Het Laatste Nieuws zijn dan ook fijne staaltjes van onversneden propaganda.
Zo kopt Het Laatste Nieuws in een twee pagina’s groot artikel aan de hand van een stuk van Guy Van Vlierden op 12 april ‘Assad besliste – Journalisten moesten dood’. Waarbij hij het ook heeft over: ‘Maher al Assad, de inmiddels omgekomen broer van het staatshoofd’ (Bashar al Assad, nvdr.). Nu Maher al Assad is nog steeds springlevend.

Wie goed wil weten waarom die berichtgeving rond Syrië zo stinkt is het ooit door Carl Bernstein, de man die mee het Watergateschandaal rond Richard Nixon blootlegde, voor het weekblad Rolling Stone geschreven stuk zeer interessant. Het verscheen in 1977 en ging over de CIA en de Amerikaanse journalistiek. (Carl Bernstein, 20 oktober 1977, http://www.carlbernstein.com/magazine_cia_and_media.php)

Hij noemde met naam en toenaam de eigenaars, hoofdredacties en journalisten van zowat alle Amerikaanse dag- en weekbladen met ietwat naam als werkende voor de CIA. Waarbij deze als lokale speurneus op zoek gingen naar die typetjes die in landen als de Filippijnen of Iran omkoopbaar waren. En het is er getuige de berichtgeving over Syrië niets op verbeterd. Integendeel en voorbeelden zat.

Oh ja, bij het overlijden van Marie Colvin was Rupert Murdoch, mediamagnaat en eigenaar van The Sunday Times, een en al droefenis. Wat had je verwacht!

Willy Van Damme


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5965